Beschrijving
Musici waren in een unieke positie om onder het mom van artistieke reizen ook spionage-activiteiten uit te voeren aan buitenlandse hoven. John Dowland, bekeerd katholiek, mocht toch naar Italië reizen als hij zijn oren open zou houden. Maar hij raakte betrokken bij een complot tegen de protestantse koningin Elizabeth I. In een haast wanhopige brief aan haar rechterhand Sir Robert Cecil probeerde hij zich van de samenzweerders te distantiëren; Mrs Dowland en hun kinderen woonden immers nog in Londen...
De internationaal opererende Vlaming Philippe de Monte overleefde het hof van Bloody Mary, Napolitaanse intriges bij de geduchte bankiersfamilie Pinelli, vervolgens Wenen, waar hij de keizerlijke hofkapel leidde en tot slot Praag bij de mystieke Rudolf II. Naast het componeren van meer dan 1500 werken in vrijwel iedere toen bekende taal correspondeerde hij met Italiaanse geleerden over uiterst delicate zaken.
Op zijn beurt schuwde de ambitieuze Giulio Caccini geen enkel middel om haantje de voorste te zijn in de vroege barok. En ook was hij niet vies van een beetje intrige als dat zijn eigen positie ten goede kwam. Zo verklikte hij, met fatale afloop, een affaire binnen de Medici-familie. Zijn muzikale rivalen Cavalieri en Peri moesten vrezen voor zijn manipulaties; de eerste werd door Caccini Florence uitgewerkt en de tweede zag zijn zangers overlopen naar Caccini in hun strijd om de eerste opera te produceren.
De combinatie van de draagbare luit en solostem was ideaal voor reizende musici die hun kunst in privévertrekken en achterkamertjes ten toon spreidden. Ter versterking van de baspartij, belangrijk in deze nieuwe begeleidende rol, werd de luit in Italië uitgebreid met extra lange snaren op een verlengde hals, een zogeheten liuto attiorbato. De theorbe was geboren.
Uitvoerenden
Le sons retenus